zondag 13 januari 2013

C h o l e s t e r o l

Over cholesterol doen de wildste verhalen de ronde, maar hoe zit het nu precies?
Wanneer is het slecht en wanneer is het goed?
En hoe kunt u zelf uw cholesterol aanpakken?











Wat is cholesterol ?


Cholesterol bestaat uit vetachtige bolletjes.
Het lichaam maakt ze voor 98 procent zelf aan, voornamelijk in de lever, maar ook een beetje in de bijnieren, darmen en geslachtsorganen.
Ook uit vettig voedsel wordt eveneens cholesterol gehaald.

Is het nou echt altijd verkeerd?


Nee, het is niet echt altijd verkeerd, sterker nog, het is zelfs noodzakelijk.
Want zonder cholesterol kan niemand goed functioneren.
Cholesterol zorgt ervoor dat het lichaam gal, celwanden, bepaalde hormonen en vitamine D produceert.
Eén van de belangrijkste functies van cholesterol is bovendien afvalstoffen in het lichaam opruimen.
Het is dus ook een soort vuilnisophaaldienst.

Hoe werkt dat ?


Vet kun je niet oplossen in water. 
Zo is het ook met cholesterol.
Om het toch te kunnen vervoeren worden de kleine bolletjes cholesterol omgeven door een laagje eiwit.
Twee eiwit-cholesterol deeltjes spelen hierbij de belangrijkste rol: LDL en HDL.
Om het eenvoudig te zeggen. LDL vervoert het cholesterol door het lichaam via het bloed, HDL voert teveel aan cholesterol af naar de lever.

 Waar komt de slecht naam vandaan ?


Als de cholesterolbolletjes met LDL worden vervoerd, dan hebben ze soms de neiging om zich aan de binnenkant van de slagaders te nestelen.
Die kunnen daardoor op den duur steeds meer verstopt raken en hart en vaatziekten veroorzaken.
Daarom heeft LDL vaak 'slecht cholesterol'.
Als het cholesterol in de lever komt (door HDL), wordt het daar afgebroken.
Daarom wordt dit 'goed cholesterol' genoemd.

Hoeveel is ervan nodig ?


Hoeveel ervan nodig is verschilt van persoon tot persoon.
Normaal gesproken zorgt het lichaam er zelf voor dat u niet te veel of te weinig cholesterol heeft.
Sommige mensen hebben trouwens van nature een hoog cholesterolgehalte.
Dit kan zelfs erfelijk zijn.
Meestal zijn dan medicijnen nodig om het cholesterol te laten dalen.

Wat valt er te doen aan een hoog cholesterol ?


Verstandige voeding, een gezond gewicht en voldoende beweging kunnen een positieve invloed hebben.
Pas bijvoorbeeld uw eetpatroon aan!
Verzadigde vetten zorgen ervoor dat het lichaam meer cholesterol aanmaakt.
Verzadigde vetten zitten in: room, volle melkproducten, volvette kaas, vet vlees, koekjes, gebak, snacks en chocola (behalve chocola van 70 procent cacao).
Onverzadigd vet kan het cholesterol verlagen.
Daarom zijn bijvoorbeeld alle olie (behalve palmolie) noten en bepaalde vis soorten een aanrader.
Ook een goed gewicht is van belang.
Een flink zwembandje rond de middel heeft als nadeel het LDL-gehalte (het 'slechte cholesterol') meestal stijgt en het HDL (het 'goede cholesterol') daalt.
Afvallen kan dan soms helpen.
Wie meet gaat bewegen, slaat twee vliegen in één klap n.l. de kilo's vliegen eraf en het 'goede cholesterol (HDL) neemt toe.

Hoe zit dat met eieren?


In eierdooiers zit vrij veel cholesterol.
Net als in vlees, vleeswaren, lever en niertjes, volle zuivelproducten, garnalen, paling en schelvislever.
Als u dit eet dan heeft het minder negatieve gevolgen dan men vroeger dacht.
Verzadigd vet is een grotere boosdoener.

Wanneer gaat u naar de huisarts om te meten en hoe meet men?


De huisarts meet de hoogte van het cholesterol aan de hand van een bloedtest.
Daarbij let de huisarts op diverse bloedwaarden.
Als één van uw familieleden van nature een te hoog cholesterolgehalte heeft, zou dit bij u ook het geval kunnen zijn.
Dit geldt ook als een van hen voor zijn zestigste hart- of vaatproblemen heeft gehad.
Verder is het van belang dat mensen met een hoge bloeddruk, diabetes, nierziekten, leverziekten en schildklierziekten regelmatig hun cholesterol laten meten.
Rookt u, bent u veel te zwaar of houdt u erg van voedsel met verzadigde vetten, dan kan een meting aangeven in hoeverre uw cholesterol extra risico's oplevert.


Gezond eten helpt !


  • Vezels kunnen het cholesterol verminderen, eet daarom veel fruit en groenten
  • Sommig kaassoorten bevatten veel vet. Kies een magere variant of eet een kleinere portie.
  • Onverzadigde vetten zijn wel goed! Dus zet 2 keer per week vis op het menu waarvan 1 keer zalm of makreel.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten